Paraginner Willeke van Essen is onderwijskundige en volgt daarnaast de masteropleiding ‘Toetsdeskundige’ bij Fontys Tilburg. Haar kennis zet ze graag in voor gebruikers van Paragin software, maar wat houdt deze opleiding eigenlijk in?

Een onderwijskundige kan op veel activiteiten in het onderwijs ingezet worden. Willeke haar ervaring als onderwijskundige ligt vooral op het gebied van het ontwikkelen en verbeteren van opleidings- en leertrajecten.
“Ik rondde mijn opleiding Onderwijskunde al af in 2011. Dat was nog voordat de commissie externe validering examenkwaliteit hoger beroepsonderwijs een groot onderzoek deed naar de examenkwaliteit in het HBO en daarmee veel in beweging bracht rondom examinering in het onderwijs. Ik denk dat er nu veel meer aandacht besteed wordt aan examinering in de onderwijskunde-opleidingen, maar dat was helaas nog niet in 2011. Gelukkig kon ik me als voorzitter van de examencommissie in het MBO nog wat bijscholen op dit gebied, maar de kennis die ik nu heb over toetsing had ik daarmee nooit kunnen verwerven.”

Vorig jaar is Willeke begonnen aan de opleiding ‘Toetsdeskundige’ bij Fontys in Tilburg. “Het is een hele klus, maar ik ben blij dat ik de stap heb gezet en de masteropleiding tot Toetsdeskundige ben gaan volgen.
In het onderwijs worden we ons steeds bewuster van de noodzaak van toetskwaliteit en de borging ervan. Onze klanten krijgen daardoor ook steeds meer verstand van toetsen. Dat is een mooie ontwikkeling. Het is daarom belangrijk om ons als Paragin verder te specialiseren op dat gebied. Zodat we onze klanten kunnen voorzien van gedegen en professioneel advies. Op die manier kunnen we gebruikers van onze software ondersteunen en verder helpen.

Zodra je besluit als opleider om technologie in te zetten voor het afnemen van examens, komen veel kwesties op tafel. De praktijk leert ons dat er vraagtekens komen te staan bij alle handelingen in het proces die men voorheen zomaar deed. Wie beoordeelt de opdrachten? Is dat één beoordelaar of zijn dat er meer? En doen ze dat dan op basis van een steekproef of is dat alle keren? Als er verschil is tussen de beoordelingen, hoe wordt dan bepaald wat het eindcijfer is? Deze vragen moeten bijvoorbeeld beantwoord worden als je praktijkopdrachten digitaal wilt beoordelen. Wanneer je dat bespreekt, krijgen klanten vaak ook meer zicht op wat het proces in de praktijk eigenlijk inhoudt. Dan is het goed om je deskundigheid te kunnen gebruiken en mee te denken. Zodat het gebruik maken van de technologie niet alleen een praktische verbetering is, maar ook een kwaliteitsverbetering kan zijn.

Een ander voorbeeld gaat over wanneer klanten besluiten om over te stappen op digitaal toetsen. De toetsen worden ingevoerd en de cesuur wordt ingesteld. Omdat de cesuur nu niet meer verstopt zit in een Excel document, maar zichtbaar wordt in een grafiek, merk je dat klanten dan vaak denken: waarom doen we dit zo? Er komen dan allemaal vragen op tafel. Hoe bepaal je nu goed waar de grens moet liggen tussen zakken en slagen. Is dit wel logisch? Daarnaast levert een digitale toetsafname altijd hele mooie toetsanalyses op. Die geven direct veel informatie. Informatie waarmee je de toetsen kunt verbeteren en ook een goede beslissing kan nemen over het resultaat. Het is zo belangrijk dat we daar pro-actief bij ondersteunen. Daar wil ik me graag de komende tijd voor inzetten.”

De opleiding ‘Toetsdeskundige’ duurt twee jaar. Tijdens de opleiding doen de studenten kennis op en leren vaardigheden aan, waarmee ze een bijdrage kunnen leveren aan de ontwikkeling, toepassing en evaluatie van toetsinstrumenten, -procedures en andere relevante toetsproducten. Er wordt gewerkt aan een flink aantal beroepsproducten, zoals onderzoeksverslagen, artikelen, een adviesrapport, adviesgesprekken, een toetsontwerp en een instrumentevaluatie. De opleiding richt zich op alle onderwijssectoren van het primair onderwijs tot wetenschappelijk onderwijs. “Het is superleuk om te zien hoe verschillend men in die verschillende sectoren omgaan met examinering. Aan het einde van dit schooljaar hoop ik dat ik de opleiding afrond. Daarvoor ga ik vanaf januari een masterproef uitvoeren. Als mijn onderzoeksvoorstel wordt goedgekeurd, hoop ik dat ik onderzoek mag doen naar het inzichtelijk maken van de betrouwbaarheid van praktijkopdrachten en assessments. Zodat we in de toekomst hopelijk ook voor deze toetsvormen een mooie toetsanalyse kunnen opleveren.”

Om de twee a drie weken is er een lesdag in Tilburg bij Fontys Hogeschool. De lessen worden verzorgd door grote namen in de toetswereld, bijvoorbeeld Desirée Joosten-ten Brinke, Gerard Straetmans en Tamara van Schilt-Mol. Zij verzorgen in totaal 6 modules, waarna de masterproef begint. “De eerste module ging over het toetslandschap. Daarin leerde je hoe het toetslandschap eruit ziet over al die verschillende onderwijssectoren heen. Waar de verschillen zitten tussen die onderwijssectoren en waar ze overeen komen. Hoe ze worden gestuurd door externe invloeden. En vooral hoe je dat kun zien in het grote geheel. Het was een mooie kapstok van kennis, waaraan je later alle voorbeelden kon ophangen.

De tweede module ging over het systematisch ontwerpen van assessments. Het ging voornamelijk over de klassieke testtheorie en bevatte een flinke wiskundige uitdaging. Dat was pittig, maar ontzettend nuttig. In de derde module stond de balans tussen leren en toetsen centraal. Formatief toetsen krijgt gelukkig steeds meer aandacht. Je kunt zoveel leren door regelmatig te toetsen. Hoe doe je dat goed? Hoe houd je dat in balans? Welke toetsvormen lenen zich daarvoor.
Daarna gingen we verder met een module over toegepaste testtheorie. Waarin ik vooral de item respons theorie heel interessant vond. Ik heb voor die module een toetsproduct geschreven, waarin ik samen met een klasgenoot onderzoek heb gedaan naar hoe we op basis van de item respons theorie in de toekomst wellicht met RemindoToets adaptief kunnen toetsen. Dat was heel nuttig.

Op dit moment volg ik module accountability. Dat gaat over zowel het borgen van de kwaliteit van toetsing, maar ook hoe toetsing kan worden gebruikt als verantwoording van het onderwijs. Daar komen bijvoorbeeld veel juridische aspecten van toetsing aan het licht. Iedere module rond je af met minimaal twee beroepsproducten of tentamens. Het is eerlijk gezegd flink aanpoten. Echt een pittige studielast. Maar gelukkig ben ik al op de helft.
Ik vind het heel belangrijk dat deze opleiding bestaat. Ik denk dat iedere opleider in Nederland een goede toestdeskundige kan gebruiken. Om de opleiding te ondersteunen, ben ik studentlid van de opleidingscommissie geworden. Ik mag dan meedenken over de Onderwijs- en Examenregeling, maar ook alle inhoudelijke verbeterwensen.”

Willeke denkt gebruikers van Paragin software zeker verder te kunnen helpen met de opgedane kennis en zet zich hier ook graag voor in.
“Ik wil klanten van Paragin heel graag ondersteuning bieden wanneer ze bezig zijn met het verbeteren van hun toetskwaliteit of het inzichtelijk maken daarvan. Ik kan ze helpen door trainingen te geven over bijvoorbeeld goede toetsvragen maken, het analyseren van toetsresultaten of het normeren van toetsen (cesuur bepalen). Of aan te sluiten in een examencommissievergadering, wanneer het inzetten van technologie daar op de agenda staat. Maar het mag ook kleiner zijn. Je mag mij altijd vragen om even mee te kijken. Als je een toetsvraag hebt gemaakt en je weet niet zeker of die van die van goede kwaliteit is. Of je wilt het e-portfolio gebruiken als assessmenttool, maar je weet niet goed waar je dan op moet letten. Ik denk graag mee.
Op termijn zou ik graag nog wat meer ondersteunende middelen willen ontwerpen, waar onze klanten eenvoudig gebruik van kunnen maken. Een uitlegfilm over toetsen analyseren bijvoorbeeld of documenten waarin we een aantal tips voor toetsmakers beschrijven. Ik zie zelf voor me dat we een heel platform kunnen vullen met materialen waar je uit kunt putten wanneer je werkt aan toetsen.”

Kunnen we je verder helpen met je toetsproces binnen RemindoToets? Je kunt dan altijd even contact opnemen!


“Wat als iemand een vraag stelt en ik weet het antwoord niet?” Deze vraag levert misschien wel de meeste spanning op onder nieuwe leerkrachten. Jij bent de leraar. Wat als je daar nu staat, alle ogen op je gericht zijn, iemand stelt een terechte en nuttige vraag en je weet het antwoord niet. Je zou niet de eerste zijn die op de bluf een antwoord geeft of een wollig verhaal vertelt in de hoop dat dit wordt geaccepteerd als antwoord. Natuurlijk is dat niet wat je wilt, maar een betere oplossing is er niet voor handen.

Wanneer je leraren vraagt waarom ze ooit hebben gekozen voor dit beroep, hoor je meestal: “Omdat ik het fijn vind om mensen iets te leren.” Het is een prachtige gedachte. Je bereidt een les voor met behulp van literatuur, kiest een mooie instructiemethode (zo gaan we het aanpakken) en dan komen de leerlingen bij elkaar, leg je het uit, je helpt hier en daar en klaar! Dat wat geleerd moest worden is geleerd. Toch werkt het in de praktijk maar zelden zo. Dat heeft te maken met het feit dat je als leraar nooit volledige controle hebt over wat je leerlingen doen met jouw leeractiviteiten. Het belangrijkste onderdeel van leren ligt nu eenmaal niet bij de leraar, maar bij de leerling.

Het risico van het onderwijs

Toch streven we als leraren vaak naar de perfecte scores. Als je een toets afneemt, kijk je direct naar het slagingspercentage. Hoe de klas het heeft gedaan, geeft zicht op hoe je het als leraar hebt gedaan. Maar dat is natuurlijk niet zo. Wat je ook doet als leraar om resultaten te bereiken bij leerlingen, je zult nooit de perfecte score halen.

De spanning van het lesgeven ontstaat omdat politici, beleidsmakers, inspecteurs en andere controlerende instanties wel streven naar die perfecte score. Dat proberen ze door alle risico van het onderwijs te verbannen. Er wordt gecontroleerd op bijvoorbeeld het opleidingsrendement. Hoeveel van jouw leerlingen verlaten gediplomeerd de school binnen een afzienbare tijd? Volgens Gert Biesta is dit waanzin.

Gert Biesta schrijft dat het risico van onderwijs niet ligt bij leraren die onvoldoende opgeleid zijn, of bij onderwijs dat onvoldoende gebaseerd is op wetenschap. En ook niet dat de leerlingen niet hard genoeg werken of onvoldoende gemotiveerd zijn. Het risico van het onderwijs bestaat, volgens Biesta, omdat:

  • het niet gaat om het vullen van een emmer, maar om het aansteken van een vuur;
  • onderwijs geen interactie is tussen robots, maar een ontmoeting tussen mensen;
  • leerlingen geen objecten zijn die moeten worden getraind en gedisciplineerd, maar handelende en verantwoordelijke subjecten.

De leraar volgens Biesta

Biesta stelt dat het lesgeven is als het geven van een cadeau, dat je als leraar zelf niet bezit. Het cadeau ontstaat door als leraar iets nieuws toe te voegen aan de onderwijssituatie, iets wat daar nog niet eerder aanwezig was.

Onderwijs is volgens Biesta een moeilijk proces. Als leraar moet je je volgens hem niet beperken tot alleen het domein van kwalificatie, maar je ook bezighouden met wereldvraagstukken, de leerling als individu en lid van de gemeenschap. Dat gaat veel verder dan de schoolboeken en het eindexamen.

Zo kunnen er met regelmaat terechte vragen opdoemen in de klas. Vragen die je als leraar niet altijd kunt beantwoorden. Biesta geeft aan dat er ruimte gegeven moet worden aan deze vragen. Samen zoeken naar de juiste vraag, naar het antwoord erop en zo nieuwe vragen ontdekken. Zo veranderen leerlingen in, zoals Biesta noemt, volwassen subjecten.

 

Bron: Biesta, G. J. J. (2015). Het prachtige risico van onderwijs. Phronese.


Digitaal toetsen kent veel voordelen. Voordelen die gaan over efficiëntie en nauwkeurigheid. Je zou op sommige punten zelfs kunnen zeggen dat het veiliger is. Toch is een veilige toetsafname in een digitale applicatie niet vanzelfsprekend. Daarom werden op donderdag 26 september, met gebruikers van RemindoToets, alle maatregelen doorgenomen die je kunt nemen om de toetsafname te beveiligen. Roan Boer Rookhuiszen verzorgde deze training.

Allereerst is het belangrijk om na te denken over de vraag: wat willen we beveiligen? Het antwoord op die vraag heeft vaak te maken met één van de volgende thema’s:

  1. Het tegengaan van afkijken: bij elkaar of uit externe bronnen, zoals spiekbriefjes;
  2. Het voorkomen van uitlekken van vragen, zodat deze niet vooraf bekend zijn of op een ander moment hergebruikt kunnen worden;
  3. Impersonatie: voorkomen dat iemand anders het examen maakt, dan de persoon die het examen moet maken.

Deze thema’s staan ook centraal bij het afnemen van toetsen op papier, maar hebben vaak een andere uitwerking.

Voordelen van digitale afname

Als je kijkt naar deze 3 onderwerpen in het licht van digitaal toetsen, dan zijn er een aantal voordelen waar RemindoToets in ondersteunt.

Tegengaan van afkijken bij elkaar kun je voorkomen door vragen en toetsen voor iedereen uniek te maken. Je kunt instellen dat de antwoordopties van een meerkeuzevraag voor iedere student in een willekeurige volgorde worden weergegeven. Ook kun je de volgorde van vragen in een toets willekeurig instellen waardoor iedereen de toets in een andere volgorde maakt.

Is je vragenbank groot genoeg, dan kun je ook een willekeurige selectie van vragen in de toets laten opnemen. Zo kan er voor iedereen in de toetszaal een unieke toets getoond worden en wordt afkijken bij elkaar nutteloos.

Digitale afname heeft ook bij het voorkomen van uitlekken van vragen voordelen. Niet alleen blijven toetsen nooit meer onder het kopieerapparaat liggen, je kunt ook precies instellen wie vragen mag inzien. Door random getrokken toetsen heeft het weinig zin om vragen uit te wisselen na de afname omdat je niet weet welke vragen in een volgende toets terecht komen.

Aandachtspunten

Als je digitaal gaat toetsen zijn er wel een aantal zaken waar je over na moet denken. Studenten zitten achter een computer waar je naast de toetsafname nog meer mee kan. Ze zouden informatie op een website kunnen opzoeken of een (chat)programma kunnen gebruiken. Het is belangrijk om daar maatregelen tegen te treffen. Computers bieden daarnaast eenvoudige hulpmiddelen tot kopiëren en plakken. Moest je vroeger nog de gehele vraag overschrijven, nu zou je dat eenvoudig met een “printscreen” voor elkaar kunnen krijgen.

Daarnaast kun je overal ter wereld gebruik maken van RemindoToets, je moet dus voorkomen dat iemand vanaf een externe locatie inlogt en het examen maakt voor één van de studenten in de toetszaal.

Veilige afname in RemindoToets

Los van diverse technische oplossingen die in combinatie met RemindoToets gebruikt kunnen worden, bevat RemindoToets ook al een flink aantal mogelijkheden die je direct kunt inzetten om je toetsafname te beveiligen.

Toetsmomenten

  • Beschikbaarheid: je geeft aan wanneer de toets gemaakt kan worden en door wie;
  • Limiteren op IP-adres: het IP-adres zegt iets over de locatie waar iemand zich bevindt. Je zou de toetsafname kunnen beveiligen door aan te geven dat studenten alleen mogen starten wanneer ze gebruik maken van een specifiek netwerk en dus IP-adres;
  • Toestemming geven om te starten: studenten kunnen pas starten met hun toets wanneer de toezichthouder hiervoor toestemming geeft. Voorafgaand kan de toezichthouder bijvoorbeeld eerst de id-bewijzen in de zaal controleren.

Naam student/studentnummer zichtbaar

  • Tijdens de toetsafname kan de surveillant de id-controle eenvoudig doen, omdat de naam en/of het studentnummer van de student zichtbaar is op het scherm.

Dashboard toezichthouder

  • De toezichthouder houdt tijdens de toetsafname volledig overzicht. Hij kan logboeken inzien en voortgang bewaken. Het is snel inzichtelijk wanneer iets opvallends gebeurd;
  • De toezichthouder kan zo nodig direct actie ondernemen door toestemming te verlenen of juist afbreken. Bij onregelmatigheden kan de toets direct worden stopgezet.

Volledig schermbeveiliging

  • Volledig schermbeveiliging weerhoudt de student ervan om vragen te kopiëren of naar andere websites te gaan. Wanneer het volledige scherm wordt gesloten, wordt de toets stopgezet en kan men pas verder na toestemming van de surveillant.

Overige technische oplossingen

Er zijn diverse technische oplossingen die je kunt inzetten in combinatie met RemindoToets om een toetsafname nog verder te beveiligen. Tijdens de bijeenkomst op 26 september zijn een aantal van deze oplossingen besproken waaronder: de Safe Exam Browser, de STEP-methode en het gebruik van Chromebooks. In de komende Paragin Updates zullen we meerdere van deze mogelijkheden uitgebreider bespreken.