Audio toevoegen aan het (digitale) examen

In ons dagelijks leven maken we veel gebruik van ons gehoor bij het nemen van beslissingen en het

In ons dagelijks leven maken we veel gebruik van ons gehoor bij het nemen van beslissingen en het inschatten van situaties. Toch zijn onze toetsen vaker gebaseerd op tekst. Een groot voordeel van digitaal toetsen, is het gebruik kunnen maken van geluidsfragmenten. Geluid is nu een onderdeel geworden van de toets. Waar moet je op letten wanneer je audio toevoegt aan het (digitale) examen?

Hoewel we steeds vaker audio en ook video gebruiken in onze leermaterialen, gebeurt het nog maar weinig in onze toetsen. Er zijn toetsen waarin audio altijd noodzakelijk is geweest, zoals examens in luistervaardigheid van taalopleidingen en bij muziek-examens. Het digitaal examineren heeft het gebruik van audio hier enorm verbeterd. Waar surveillanten voorheen met cd’s in de weer waren en iedereen tegelijk hetzelfde fragment kreeg te horen, is dat nu niet meer nodig. De kwaliteit van de audio is verbeterd, maar ook is het mogelijk geworden om de timing en controle over het beluisteren bij de examenkandidaat te leggen.

Nu audio zo binnen handbereik ligt, is het slim om te overwegen of het toevoegen van geluid aan jouw toetsen logisch is. Per slot van rekening gaat een groot deel van ons dagelijks leven over het verwerken van informatie die via geluid tot ons komt.

Wanneer je besluit om audio toe te voegen aan een toets, zijn er een aantal overwegingen waar je rekening mee houdt:

  1. Past het bij je toetscriterium?

Het toevoegen van audio heeft alleen zin wanneer het past bij de situatie die wordt getoetst. Het heeft dus geen zin om audio toe te voegen over handelingen die normaal gesproken alleen over tekst gaan.

Zo kun je denken aan vragen in juridische opleidingen, waarbij kandidaten naar een pleidooi of getuigenis luisteren waarna ze over deze zaak een aantal vragen beantwoorden. Geluid toevoegen aan een examen over kennis over wetgeving is dan weer minder geschikt.

Het toetscriterium bepaalt ook hoe lang het fragment mag zijn. Meestal geldt: hoe korter, hoe beter. Dat komt omdat geluid (meer dan tekst) een zwaardere belasting heeft op ons werkgeheugen. Wanneer het gaat over een inhoudelijke kwestie dan is een geluidsfragment van maximaal 30 seconden gebruikelijk. Wanneer luistervaardigheid centraal staat, mag een fragment wel meerdere minuten duren.

  1. Het perspectief van de kandidaat

Het moet voor de kandidaat direct duidelijk zijn vanuit welk perspectief hij naar het fragment gaat luisteren. Als wie moet hij de situatie beoordelen? Meestal kun je dit beschrijven in de tekst die voorafgaat aan het fragment.

  1. Hoe vaak mag het beluisterd worden?

Denk na over hoe vaak de kandidaat het fragment mag beluisteren. Je neemt daarbij de praktijk in gedachten, maar wees dan ook realistisch. In de praktijk kun je een klant aan de telefoon natuurlijk niet terugspoelen. Maar de examensetting is in alle opzichten anders dan de praktijk. Je kunt in de praktijk een klant wel vragen om nog iets te herhalen. Daarom is het fijn om de kandidaat in ieder geval de mogelijkheid te geven om nog één keer extra te kunnen luisteren, zodat hij minimaal de gelegenheid heeft om te wennen aan de stemmen in het fragment en eventueel het geluid harder of zachter te zetten.

  1. Realistische situaties

Het kan soms grappig zijn om geluidsfragmenten te maken voor een examen. Daarom hoor je in de praktijk nog steeds fragmenten die overdreven geacteerd zijn. Dat is heel storend voor de kandidaat. Probeer zo realistisch mogelijk te zijn. Niet te overdreven situaties, maar wel duidelijk.

  1. Voorkom afleiding

Er zijn veel zaken die een examenkandidaat kunnen afleiden. Hoewel achtergrondgeluid heel realistisch is, is dat niet aan te bevelen in fragmenten die gebruikt worden voor een examen. Ook moeten de stemmen goed te onderscheiden zijn. Dus één mannelijke en één vrouwelijke stem geeft dan het beste resultaat. Let er ook op of de stemmen prettig zijn om naar te luisteren. Zorg ervoor dat er geen accenten hoorbaar zijn (tenzij dit past bij het toetscriterium).

 

Wanneer luisteren een belangrijke vaardigheid is in het vakgebied dat wordt getoetst, is het logisch om gebruik te maken van audiofragmenten in (digitale) toetsen. Zorg natuurlijk wel voor koptelefoons.